top of page
  • Foto van schrijverJanneke Rinzema

Libanon: het begin

Thea en Cynthia halen me op van het vliegveld. Ik gooi mijn backpack achterin hun oude auto en wurm me op de achterbank. Thea vraagt of mijn vlucht goed was en zet de muziek aan. Missy Elliot. We zingen mee. Ik heb nog niet door dat Cynthia Thea’s vriendin is. Niet dat het uitmaakt.


‘Ben je ooit eerder in het Midden-Oosten geweest?’ vraagt Thea terwijl ze zich omdraait. Ze is een van de oprichters van de hippe kunstenaarsresidentie waar ik de komende zes weken ga verblijven. Ik aarzel. Ik weet dat Libanon en Israël in oorlog zijn, maar deze twee vrouwen zien er vrij ruimdenkend uit en daarbij, hoeveel kwaad kan het? ‘Ja’, antwoord ik. ‘Toen ik 15 was, in Israël.’ De muziek wordt in één klap zacht gezet en Cynthia en Thea kijken me doordringend aan. Of ik dat nóóit meer wil zeggen. Ook al is het meer dan tien jaar geleden, ik heb daar geld uitgegeven, heb daar bij mensen gelogeerd en zij kunnen zich daar níet mee inlaten. ‘Ik had geen politieke motieven. Ik vond alleen de jongens zo knap’, probeer ik nog. Het kwaad is al geschied.


Nu de sfeer toch verpest is, besluit ik gelijk nog maar een kogel af te schieten (spreekwoordelijk, chillax people). ‘Kunnen er eigenlijk grappen over Israël gemaakt worden?’ vraag ik aan de twee. Dit keer draait geen van beiden zich om. ‘Nee’, klinkt het vanaf de passagiersstoel. ‘Er worden daar genocides gepleegd. Daar maak je geen grappen over.’


Ik vraag me af hoe comedians in Libanon dit onderwerp hanteren. Óf ze het hanteren. Maar ik vraag het niet, ik ben er pas net en blijkbaar is mijn inschattingsvermogen nog zo lam als de gemiddelde Libanese satellietschotel. De rest van de rit kijk ik naar buiten. Ik zie flikkerende neonlichten van kebabtenten en geadverteerde botoxlijven. Missy Elliot is still working it vanuit de speakers. Wij zingen niet meer mee. Welkom in Libanon, het worden interessante weken.


UIT: Libanees Reisdagboek, maart 2018

bottom of page